Het oude kerkhof bij de dokter 3
In dit deel aandacht voor de steen hieronder: Gerben Pieters de Jong, geb. 7 maart 1860 en overleden 16 september 1902. Gerben was een broer van de bekende aannemer Foppe de Jong. Beiden waren kinderen van Pieter Sipkes de Jong en Janke Metz, die woonden op een boerderij aan de Kooiweg uit 1806.
Over zijn echtgenoot valt wat te vertellen: Jelske Mosterman; geb. 9 oktober 1865 en overleden op 8 augustus 1949. Zij was een zuster van de moeder van Kardinaal de Jong (zie deel 2) en werd in Buren Tante Jels genoemd. Ze was een pientere en spraakzame vrouw. Jan de Jong kwam er graag tijdens zijn vakanties in haar gezellige huis.
Jelske woonde aan de Noordkant van de smederij van Baaike Molenaar aan de Willibrordusstraat. Mooie anekdotes zijn de volgende:
Toen de jonge Jan de Jong voor het eerst naar het seminarie ging, op 14-jarige leeftijd, vaarde de postboot niet. Kees Kolmer heeft hem, samen met zijn oom Jan Mosterman, met de roeiboot overgezet. Er staat geschreven dat tante Jels op de keukenstoel stond om hem na te kijken (er waren nog geen dijken).
Als de kardinaal later bij Jels kwam, vaak na de mis, dan kreeg hij vaak onverbloemde kritiek als hij als een verstrooide professor de liturgie van de mis in de war stuurde. " Nou joh, wat hef stou er weer een rommeltje van maakt vanochtend". Jan vond dat prachtig, die opmerking van tante Jels.
Gerben en Jels kregen 4 kinderen:
Janke 25-12-1893-06-05-1945 ongehuwd.
Johanna 14-01-1895-13-04-1964, gehuwd met Gerrits Jan Spoelstra. kregen 1 zoon: Gerrit.
Pieter 18-08-1896-05-09-1896
Trijntje 14-08-1899-02-10-1966, gehuwd met Andries Molenaar (Dries Schoenmaker).
Met dank aan Anne de Jong, die dit artikel opstuurde + foto.
Jelske Mosterman (1865-1949)