Oorlogsgraven uit de Eerste Wereldoorlog op Ameland (1)
Door Gerlof Molenaar
Ondanks dat Nederland niet actief bij de Eerste Wereldoorlog betrokken was, heeft het toch zijn sporen achtergelaten op Ameland. Tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn op Ameland de lichamen van 21 omgekomen zeelieden aangespoeld. Sommige werden begraven op één van de begraafplaatsen op Ameland, anderen werden begraven op de plaats waar ze werden gevonden. In de loop der jaren zijn de lichamen van de op Ameland begraven slachtoffers, waarvan de identiteit of nationaliteit bekend was herbegraven. De Duitse militairen werden in 1958 overgebracht naar de Duitse begraafplaats bij Ysselsteyn. De omgekomen Engelse militairen zijn in 1920 herbegraven op de Engelse begraafplaats in Noordwijk en Den Haag. De militairen waarvan de identiteit of nationaliteit niet kon worden vastgesteld en wier graf zich op een van de begraafplaatsen lagen, is niets meer terug te vinden. De graven van de omgekomen militairen die op het strand zijn begraven, zijn in de loop der jaren in zee verdwenen. Op onderstaande foto is het graf te zien van M. Schmidt omgekomen op 16-05-1917 begraven op 13-06-1917.
Op 16-05-1914 werd bij paal 17 op het strand, het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is op 17 Mei 1914 begraven op de Algemene begraafplaats te Nes.
Op 14-11-1914 werd nabij de Blinkert op het strand het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is aan de voet van het duin begraven.
Op 15-11-1914 werd op het west strand bij Hollum het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is op 16-11-1914 begraven op de algemene begraafplaats te Hollum.
Op 15-11-1914 werd op het west strand bij Hollum het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is op 16-11-1914 begraven op de algemene begraafplaats te Hollum.
Op 17-11-1914 werd op oost kant van het eiland het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is aan de voet van het duin begraven.
Op 22-11-1914 werd aan de wadkant voorbij het dorp Buren, het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is begraven op de algemene begraafplaats te Nes..
Op 19-06-1915 werd tussen paal 17 en 18 op het strand het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Bij onderzoek van het lichaam werd het volgende gevonden: een stukje stof met H F J 174/14 Forster genaaid op een witte kiel met brede kraag. Daar de veldwachter het onmogelijk vond om het lichaam over te brengen naar de algemene begraafplaats te Nes, is het op zijn last aan de voet van het duin begraven. Later geïdentificeerd als Gottfried Froster. Gottfried Froster was een Torpedo/Funken/Telegrapie Gast op de torpedo boot V150. In de nacht van 18-5-1915 omgekomen toen de V150 in aanvaring kwam met de V157 in de buurt van Helgoland.
De V150 en V152 in de haven.
Op 14-01-1916 werd op het strand in de buurt van paal 19 het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is aan de voet van het duin begraven.
Op 23-01-1916 werd op het strand het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werden enkele Engelse geldstukken gevonden en een opgerold lint met Royal Fleet Reserve. Aan de hand van de gevonden dingen is het lichaam als onbekende Engelse matroos begraven op de algemene begraafplaats te Ballum. In 1920 herbegraven op de Engelse begraafplaats te Noordwijk.
Op 15-06-1916 werd op het strand tussen paal 16 en 17 lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is aan de voet van het duin begraven.
Op 18-07-1916 werd op het strand nabij paal 11 het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is aan de voet van het duin begraven.
Op 13-06-1917 werd op het oerd het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Bij nader onderzoek van het lichaam werd het volgende gevonden:en beurs met twee geldstukken en een metalen plaatje met S.17/76. Het lichaam is begraven met militaire eer op de algemene begraafplaats te Nes. Later geïdentificeerd als Micheal Smidt. In 1958 overgebracht en herbegraven op de Duitse militaire begraafplaats te IJsselstein. Micheal Smidt was Torpede Ober-Heizer op de Torpedoboot S 17. Omgekomen op 16-05-1917 toen de S 17 op een mijn voer ten noorden van Nederland.
Op 30-06-1917 werd op het strand nabij paal 13 het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is op de Algemene Begraafplaats te Nes begraven.
Op 20-07-1917 werd op het Westerstrand bij Hollum het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is begraven op de Algemene begraafplaats te Hollum.
Op 21-06-1917 werd op het strand nabij paal 16 het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Bij nader onderzoek van het lichaam werd het volgende gevonden: een zilveren horloge op het hemd zat een wit zinken plaatje genaaid waar op stond 28/M47. Het lichaam is begraven op Algemene begraafplaats te Nes. Later geidentificeerd als Georg Marius Wilhelm Graeve. In 1958 overgebracht en herbegraven op de Duitse militaire begraafplaats te Ysselsteyn. Georg Marius Wilhelm Graeve was Mine Machinisten Matroos der Reserve op Minesuchboot M.47 Omgekomen op 06-06-1917 nadat het schip op een mijn was gevaren.
Op 13-06-1918 werd op het Zuidwest nabij het dorp Hollum, het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Bij nader onderzoek van het lichaam werd het volgende gevonden: twee metalen plaatjes één gemerkt met XHB/1700 en de andere XC/3050 verder werd er een geel metalen ring met zwarte steen en in enkele kledingstukken stond de naam T.Schultz en 2.T.S. Het lichaam is begraven op de Algemene begraafplaats in Hollum. Later geïdentificeerd als Theodor Heinrich Ferdinand Schultz. In 1958 overgebracht en herbegraven op de Duitse militaire begraafplaats te Ysselsteyn. Theodor Heinrich Ferdinand Schultz was commandant op de UB 61. Op gekomen op 29-11-1917 toen de U-boot op een mijn voer.
Theodor Heinrich Ferdinand Schultz en de UB 61 in kalm water.
Op 16-06-1918 werd op Zuid West na bij het dorp Hollum, het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Bij nader onderzoek van het lichaam werd het volgende gevonden: een lapje stof in een sok met de naam Lindner er op, en een polshorloge. Het lichaam werd begraven op de Algemene begraafplaats in Hollum. Later geïdentificeerd als Alfred Heinrich Lindner. Om onduidelijke redenen is het lichaam van Alfred Lindner niet herbegraven op de Duitse militaire begraafplaats te Ysselsteyn. Alfred Heinrich Lindner was Bootsmannsmatroos op de UB. 75. Omgekomen op 13-12-1917 toen de onderzeeboot op een mijn voer.
Op 29-06-1918 werd op het strand nabij paal 22 het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Op het lichaam werd geen enkele identificatie gevonden. Het lichaam is op de Algemene Begraafplaats te Nes begraven.
Op 03-07-1918 werd op het strand nabij paal 14, het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Bij nader onderzoek van het lichaam werd het volgende gevonden: een identiteitsplaatje met M 64-20 verder een beurs met wat Duitse geldstukken. Het lichaam werd begraven op de algemene begraafplaats te Nes. Later geïdentificeerd als Paul Otto Muller. In 1958 overgebracht en herbegraven op de Duitse militaire begraafplaats te Ysselsteyn.
Paul Otto Muller was Minen-Funken-Telegrafie-Obergast op de Minensuchboot M 64. Omgekomen op 20-04-1918 toen het schip op een mijn voer.
Op 28-07-1918 werd op het strand nabij paal 16 het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon Later geïdentificeerd als Charles John Amoore. Engelse matroos en opvarende van de Onderzeeboot E 34. Het lichaam is op de Algemene Begraafplaats te Nes begraven. In 1920 is Charles John Amoore herbegraven op de Algemene begraafplaats te Noordwijk.
Op 29-07-1918 werd op het strand nabij paal 13 het lichaam gevonden van een onbekend manspersoon. Tijdens onderzoek van het lichaam werd op een riem de naam John William Holms gevonden. Het lichaam van John William Holms is begraven op de Algemene begraafplaats te Nes. In 1920 is het lichaam van John William Holms herbegraven op de Algemene begraafplaats Kerkhoflaan te Den Haag. John William Holms was Petty officier op de Engelse onderzeeboot E34. Omgekomen op 20-07-1918 toen de onderzeeboot op een mijn voer.
Klik hier voor het pas verschenen boek 'Erfenis van de Storm. Oorlogsgraven op Ameland'.