Universiteit Antwerpen start onderzoek naar gebrandschilderde ramen van Ameland
In het voorjaar werd op een veiling in Amiens (Frankrijk) twee originele gebrandschilderde ramen uit 1679 van de hervormde kerk in Hollum geveild. Inmiddels zijn die ramen gekocht en worden ze onderzocht door de Antwerpse professor Joost Caen en Kees Berserik. Caen is een prominente glas-in-looddeskundige en begeleidde eerder de restauratie van een origineel gebrandschilderd raam van Ameland. Berserik is auteur van een meerdelig standaardwerk over glas-in-loodramen in de Lage Landen. Caen en Berserik hebben het plan gevat een diepgaande studie naar de gebrandschilderde ramen te doen.
Deze twee ramen werden op een veiling in Amiens aangeboden
Bij de twee verworven ramen van de veiling vallen een aantal zaken op. Zo staat in de onderschriften dat de ramen niet in 1679 maar in 1680 gebrand zijn. Dit betekent dat deze twee ramen een nalevering zijn en later dan de andere ramen in de hervormde kerk in Hollum werden geplaatst. Verder vertonen de ramen de kenmerken van een Nesser en Ballumer raampje. Opvallend zijn de moriaan en het steigerend paard die als middelste ruitjes zijn geplaatst. Die horen eigenlijk als cartouches bovenin het raam te zitten. Deze ruitjes zeggen wat over het beroep van de persoon wiens naam in het onderschrift wordt vermeld. Zou de moriaan naar een café of schip verwijzen? En staat het steigerend paard symbool voor een paardenfokker? Ameland was tot in de negentiende eeuw beroemd vanwege een eigen paardenras. In Ballum was dan ook een koninklijke paardenstoeterij gevestigd van waaruit veel paarden werden verhandeld. Natuurlijk zou het paard ook symbool voor een schip kunnen staan of was het raam van de opzichter van de paarden van de Cammingha’s. Dat blijft vooralsnog ongewis. Tot slot kwamen de huismerken alleen op Hollumer ramen voor. Zouden de later geleverde ramen van Ballum en Nes ook een huismerk hebben gehad?
Een eerste beschouwing van professor Caen levert de voorlopige conclusie op dat de ramen een bijzonder samenraapsel van meer dan twee ramen zijn. In allebei de panelen zijn het bovenste en het middelste gedeelte van drie ruitjes eigenlijk alle vier een boven-deel. Verder staan de twee rijen met de huismerken onderste boven. Ook de andere originele ramen zijn uit verschillende ruitjes samengesteld. De ruitjes zijn in het verleden dus verkeerd herplaatst.
Uiteindelijk moet het onderzoek ertoe leiden een helder beeld te verwerven van het ontstaan en het latere wedervaren van de glasramen. Belangrijke aandacht zal gaan naar de ‚mutilaties’ die sommige panelen hebben ondergaan in (vermoedelijk) de achttiende eeuw, wanneer het pronken met een eigen familiewapen in een strenger wordend protestants klimaat niet langer werd getolereerd. Naar verwachting worden de resultaten van het onderzoek in 2018 gepubliceerd.