Van kooi tot kooi
Op 22 februari 1947 staken elf Ternaarders over naar Ameland. Het initiatief voor deze oversteek kwam van Jacob Braaksma. Al in de roemruchte winter van 1929 was hij met Jan Pieters de Graaf over het ijs naar Ameland gefietst. Op de vijftiende van deze wintermaand in 1947 hadden al bewoners van Nes en Buren de tocht naar de vaste wal afgelegd.
Voor de tocht van de Ternaarder eendenkooi naar de Nassaukooi op Ameland hadden zich veel deelnemers gemeld. Maar ’s nachts stond er een harde wind, het sneeuwde en het was ijskoud. Daardoor meldden zich ’s morgens slechts elf lopers bij de kooi. Op het wad gekomen, koersten ze eerst op kompas in noordelijke richting, want de jagende sneeuw benam het zicht aan de groep. Maar volgens visserman Oane Willems Meinema moesten ze westelijker aanhouden. De koers werd vanwege dit advies verlegd. Nadat ze een lange tocht hadden gemaakt, viel de wind weg en werd het zicht beter. Ze bleken toen ter hoogte van Blija op het wad te zitten, kilometers te westelijk. In het noorden ontwaarden ze een basaltdam en er werd besloten daar op af te lopen. De grijze stenen dam bleek een hele poos later tot hun schrik het golvende water in nog een open geul te zijn. De paniek was groot na deze vervelende ontdekking. De groep werd hier in tweeën gesplitst. Een groep van vijf man volgde de geul naar het oosten om zo alsnog Ameland te bereiken. Met een stok peilde Luitzen Riemersma de diepte van het water en werd ook de sterkte van het ijs getest. Na een tocht van drie uur kwamen ze op het eiland aan. De tweede groep ging met een bocht langs de Holwerder pier op weg voor de oversteek. Na een vier uur durende tocht arriveerden ook zij op Ameland. Onderweg ontmoetten ze twee Groningers, die ook ‘s morgen van wal waren gestoken. Maar door de stuivende sneeuw waren ze veel te oostelijk voor het water van de Noordzee uitgekomen. Gezamenlijk voltooiden ze de oversteek. Na een maaltijd in hotel Hofker werd de groep met de bus van Jaap Wagenaar naar het Oerd gebracht voor de terugtocht.
Twee dagen later liep een groep van 12 deelnemers uit Ternaard en Het Schoor de retourtocht Ameland. Toen ze zonder kompas van wal staken, hielden ze om koers te houden aan op de eendenkooi bij de Kooiplaats. Als begeleiders gingen de vissers Jan en Herman Postma mee omdat zij van de stromingen op de hoogte waren. Op Ameland ging het naar de Kooiplaats waar ze op de foto kwamen met kooiker Tjeerd Kiewied. Daarna gingen ze naar Hotel Hofker in Nes. Na daar gegeten te hebben, reisden ze met de bus van Jaap Wagenaar naar het wad om aan de thuisreis te beginnen. Op de terugweg liepen ze af op de eendenkooi bij Ternaard.
Hieronder volgt een opsomming van de genoemde tochten inclusief de namen van de deelnemers/deelneemsters.
1947 Op 22 februari liep een groep van elf Ternaarders naar Ameland. De groep bestond ondermeer uit: Jacob Braaksma, visserman Oane Willems Meinema (1903-1987), Joute Meinema (1905-1982), Willem Joutes Meinema, Mame Braaksma (1928-2003), Adolf Braaksma (1922-1979), Luitzen Riemersma, Willem Annes Meinema, Anne Meinema en Piet Joutes Meinema.
1947 Op 24 februari liepen de volgende Ternaarders en Schoorsters de ijsretourtocht: Jan W. Postma, Hindrik W. Postma, Sieger Venema, Martine Banga, Lieuwe Woudwijk, Hindrik J. Postma, Goasse Venema (1926-1981), Betty Venema, Herman Postma, Jan J. Postma, Sake Banga en Anna Banga.
De Ternaarders gingen na hun tocht op 22 februari op de foto met twee dienstmeisjes van Hotel Hofker. Rechts staat Jikke de Jong uit Nij Beets. Zij trouwde later met Jan Elgersma. Links meteen naast Jikke staat Wipkje Visser (1921-2002) die later trouwde met Jan de Jong. Ze woonden te Hollum.
Bronnen:
Archief van 'De Ouwe Pôlle'
NDC 09-01-1997
Mondelinge mededelingen van Jikke Elgersma-De Jong
'Minsken yn in úthoeke' van Sake Banga
Door André Staal