Vliegtuigcrashes op Ameland tijdens de Tweede Wereldoorlog (4)
16-10-2013 21:46
De laatste vlucht van de Short Stirling BF457 LS-B van het 15e Squadron
Op vrijdag 19 februari 1943 om ongeveer 9 uur ’s avonds werden de bewoners van Buren opgeschrikt door een luide knal. De weinige mensen die zich buiten bevonden, zagen in het oosten een felle lichtflits. De volgende dag werd duidelijk dat er op het Nijlandrijt een Engelse bommenwerper was neergestort. Bij nader onderzoek bleken zich tussen de resten van de geheel uit elkaar geslagen bommenwerper de resten van de bemanning te liggen. Van de acht bemanningsleden konden alleen F/O Ratcliffe, Sgt Ellis en Sgt James worden geïdentificeerd, de andere bemanningsleden waren onherkenbaar verminkt.
Een Duitse arts probeert één van de omgekomen vliegeniers te identificeren.
In de nacht van 19 op 20 februari voerde R.A.F. Bomber Command een aanval uit op Wilhelmshaven. Aan die aanval deden 338 vliegtuigen mee. 120 Wellingtons, 110 Halifaxen, 52 Lancasters en 56 Stirlings. 13 Stirlings waren afkomstig van het 15e Squadron gelegen op het vliegveld Bourn in Cambridgeshire. Er gingen tijdens de aanval 12 toestellen verloren. De aanval op Wilhelmshaven was een mislukking. Het was een onbewolkte heldere nacht. De Pathfinder vliegtuigen waren uitgerust met verouderde kaarten. De meeste bommen vielen ten noorden van het doel. De Duitse autoriteiten maakten melding van slechts drie licht gewonden. Na deze aanval werden de Pathfinder toestellen met moderne kaarten uitgerust. Voor het 15e Squadron was het wel een heel slechte nacht. Van de 13 vliegtuigen die aan de aanval zouden deelnemen, kon één niet mee in verband met motorproblemen, drie keerden eerder terug en drie toestellen kwamen niet terug. Eén van de toestellen dat niet terugkwam was de BF457 LS-B. De BF457 werd op 24 januari geleverd, één van de zeven die toen werden geleverd aan het 15e Squadron. De BF457 was het eerste toestel uit de tweede productielijn. De Stirlings Mk III waren uitgerust met Hercules VI motoren en een F.N 50 geschutskoepel op de rug. Op 8 februari maakte het toestel haar eerste vlucht met haar nieuwe bemanning. Op 13 februari begon het toestel zijn eerste nachtelijke operatie. Op 19 februari volgde de noodlottige vlucht naar Wilhelmshaven. Van de 12 toestellen, die verloren gingen bij de aanval, kwamen zes op naam van de Leeuwarder Nachtjagd Gruppe. Omdat de vliegomstandigheden niet gunstig waren, wilde de Duitse divisiecommandant niet het bevel geven om op te stijgen voor een aanval op de terugkerende bommenwerpers, maar vroeg vrijwilligers. Slechts drie nachtjagers stegen op, Oblt Jabs, Oblt Gildner en Lt Kuth. Toen de nachtjagers op een hoogte van ongeveer 4 á 500 meter kwamen, constateerden zij dat het zicht uitstekend was. Oblt Jabs en zijn boordmarconist Weissflog werden ingezet in de sector Schlei. Oblt Jabs vloog voor het eerst met een nieuwe Bf 110 uit gerust met 30 mm kanonnen en mitrailleurs van een nieuw type. Op een hoogte van 5000 meter werd Oblt Jabs door de gevechtsleidingsofficier van Schlei naar een Engelse bommenwerper geleid. Nadat de boord-marconist van Oblt Jabs het Engelse toestel op zijn Lichtenstein radar had opgepikt, leidde hij Oblt Jabs er naar toe. Toen Oblt Jabs het toestel met het blote oog kon waarnemen, viel hij het schuin van onderen aan en vuurde tijdens het omhoogtrekken van ca. 70 meter afstand. Het toestel vloog gelijk in brand en stortte neer. Het toestel stortte neer op een stuk land nabij het dorp Buren op Ameland. Ooggetuigen vertelden later dat zij door een luide explosie werden opgeschrikt en dat de lucht in het oosten fel werd verlicht. Even later werd Oblt Jabs naar een tweede bommenwerper geleid. Deze werd op dezelfde manier aangevallen als het eerste toestel. Na de aanval stortte die Stirling bommenwerper brandend in zee. Een kwartier later werd Oblt Jabs naar een derde bommenwerper geleid. Na een gevecht van ongeveer een half uur stortte ook die bommenwerper brandend in zee. Bij terugkomst op de basis werd een groot feest georganiseerd om de overwinningen van de drie nachtjager piloten te vieren. Oblt Jabs claimde drie overwinningen. Alle drie de toestellen waren van het 15e Squadron te weten de BF457 LS-B neergestort op Ameland. De BF378 LS-T die op het wad ten zuiden van Ameland was neergestort. Tot slot de BF411 LS-A die in de Noordzee ca. 50 km N.W. van Terschelling neerstortte. Oblt Gildner claimde ook drie overwinningen en Lt Kuthe één overwinning.
Op de bovenste foto's zijn de resten van het vliegtuig te zien.
Op de foto links is één van de wielen van het ladingsgestel te zien. Op de foto rechts een restand van de motoren.
De vijf onherkenbare, verminkte vliegers werden in een massagraf begraven. In 1948 werden pas de namen van de vijf vliegers vermeld. De drie vliegers die wel konden worden geïdentificeerd, werden elk in een apart graf begraven.
De bemanning bestond uit:
- P/O David Joseph Hopson, Pilot;
- F/O Edward Lloyd George Ratcliffe,Navigator;
- Sgt Ronald Frank Fowler, Wireless/operator;
- Sgt Clifford William James, Flight/engineer;
- F/O Lawrence Bartlett Carson, Bomb-aimer;
- Sgt Alfred James Ellis, Air gnr;
- Sgt Ronald George Weaver, Air gnr;
- F/O John Williams, D.F.C., Air gnr.
Met dank aan Gerlof Molenaar